“Als Europa zo doorgaat, kunnen Europeanen over de hele wereld niet meer veilig over straat”: met die provocatie van de hoogste orde opende Erdogan volgens De Roover een nieuw register in de escalatie van het Turkse conflict met Europa. De afgelopen weken tastte de Turkse leider immers stelselmatig de grenzen van de vrijheid van meningsuiting af, evenals de flexibiliteit van de diplomatieke relaties. Nu lijkt hij echter een duidelijk breekpunt te bereiken: van beledigen naar aanzetten tot geweld. “Zijn ongeziene woordgebruik komt niet enkel neer op een direct dreigement aan het adres van elke Europese burger, maar kan zelfs gelezen worden als een uitnodiging naar de Turkse diaspora in Europa om in het gewelddadige verzet te treden”, aldus De Roover.

Geweld zonder onderscheid

De Roover wijst ook op de zeer ongelukkige symboliek van de timing van Erdogans uitspraken. “Net vandaag, dag op dag één jaar na de vreselijke aanslagen in Brussel, komt die bedreigende taal bijzonder choquerend over. Daarbij moeten de Europese burgers van Turkse afkomst zich ervan bewust zijn dat ook zij volgens president Erdogan niet langer veilig over straat kunnen lopen. Want terreurdaden discrimineren niet, zoals we net een jaar geleden mochten vaststellen”, besluit De Roover.