De verplichte gemeenschapsdienst maakt het mogelijk langdurig werklozen actief in te schakelen voor maatschappelijk relevante en laagdrempelige taken bij lokale besturen, vzw’s en scholen als opstap naar een regulier werk. Het kan bijvoorbeeld gaan om ondersteuning bij evenementen, de groendienst, personenvervoer of meehelpen op een school. “Het moet een hefboom zijn voor maatschappelijk, sociale en professionele integratie. De gemeenschapsdienst zorgt ervoor dat langdurig werklozen met een enorme afstand tot de arbeidsmarkt op een laagdrempelige en nabije manier het arbeidsritme kunnen opbouwen en de competenties versterken. Daarnaast draagt men een steentje bij voor de samenleving”, stelt Verstraeten. “Tevens zal men daarmee ook de werkbereidheid kunnen aantonen. Als de werkzoekende deze actie in het traject naar werk weigert, kan men immers gesanctioneerd worden.”

40.000 langdurig werklozen in Brussel

Verstraeten is ervan overtuigd dat de verplichte gemeenschapsdienst ook in Brussel een meerwaarde kan betekenen: “We zitten vandaag in Brussel met meer dan 40.000 langdurig werklozen, waarvan meer dan de helft zelfs al meer dan vijf jaar zonder werk zit. Die mensen worden daardoor vaak stomweg niet in overweging genomen door werkgevers. Elk van hen verdient nochtans een passende job en een kans om uit het isolement te geraken. Met een maatregel zoals deze bewijzen we dat we deze groep werklozen niet hebben opgegeven maar net willen inschakelen. We kunnen ook Brusselse accenten leggen, zoals prioritair inzetten op het verwerven of aanscherpen van de kennis van het Nederlands en het Frans.”

Open Vld onthoudt zich

Verstraeten verdedigde de verplichte gemeenschapsdienst voor langdurig werklozen in de commissie Tewerkstelling van het Brussels Parlement. Tevergeefs, want de resolutie haalde het niet. Open Vld, die de maatregel in Vlaanderen mee invoerde, onthield zich. Verstraeten: “Werkloosheid is een gigantisch probleem in Brussel maar de regering gebruikt de hefbomen die het heeft, onvoldoende tot niet. Alleen de N-VA blijft activerende maatregelen consequent naar voor schuiven. In Vlaanderen heeft men deze maatregel ingevoerd, maar ook de jobbonus en de verplichte inschrijving voor leefloners en Oekraïners bij de VDAB.  In Brussel blijft het bij een verplichte competentiebalans, hoewel de PS en Ecolo het woord ‘verplichtend’ tijdens debatten niet over hun lippen krijgen. Wat betreft het arbeidsmarktbeleid en de activering van werkzoekenden is het verschil in filosofie tussen Brussel en Vlaanderen duidelijk enorm groot. Té groot.”