Met een hoog nominaal tarief van 33,99 procent blijft België een buitenbeentje in de internationale vergelijkingen. De gemiddelde vennootschapsbelasting in Europa bedraagt momenteel 20,48 procent (bron: KPMG). Maar onze belangrijkste handelspartners zijn zich momenteel aan het organiseren om steeds competitiever te worden. Het Verenigd Koninkrijk heeft al een programma klaar om tegen 2018 van 20 naar 19 procent te zakken en in 2020 zelfs naar 18 procent. Hun premier Theresa May kondigde zelfs aan nog lager te willen gaan, indien de brexit dat zou vergen. Maar ook premier Rutte in Nederland laat zich niet onbetuigd. Bedrijven met een winst lager dan 200.000 euro zitten er al aan 20 procent. Zelfs Italië verlaagde recent zijn vennootschapsbelasting van 27,5 tot 24 procent. Bedrijven die tellen kijken ook over de grenzen en zien daar aanlokkelijke omstandigheden, die wij niet kunnen blijven nabootsen met een kluwen aan aftrekposten. We jagen bedrijven zo over de grens.

Eenvoudiger, eerlijker en beter controleerbaar

Het plan van minister Van Overtveldt voorziet in een geleidelijke schrapping van aftrekposten, waardoor stelselmatig het tarief ook zakt. De vennootschapsbelasting wordt daarmee de eerste Belgische indirecte belasting die grondig vereenvoudigt. Daardoor zullen het niet meer de allergrootste of meest gefortuneerde bedrijven zijn die met een batterij aan consultants hun belastingen kunnen drukken. Integendeel, de eerste berekeningen laten zien dat het systeem net wat minder gunstig uitvalt voor multinationals, waardoor die in de toekomst wél belastingen zullen betalen. En ook qua controle zal de fiscus erop vooruitgaan. Een eenvoudiger systeem laat toe dat meer dan de huidige magere 1 à 2 procent van de bedrijven grondig gecontroleerd wordt.

Getrapte invoering garandeert budgettaire nuloperatie

Maar ook budgettair is er goed nieuws. De Hoge Raad van Financiën heeft gesteld dat het plan van minister Van Overtveldt budgettair neutraal is. Daarmee bevestigt die wat de minister al geruime tijd verkondigt. Dat is goed nieuws voor alle bedrijven en de kmo’s in het bijzonder, die in het plan, net zoals in Nederland, een lager tarief zullen verkrijgen. Kmo’s zullen daardoor sterker kunnen groeien en nog meer jobs creëren dan ze vandaag al doen. Door het budgettair neutrale karakter is er geen reden meer om nog te talmen.

Het wordt dus zaak om een sereen debat te voeren de komende weken. Niet zoals nu, waarbij tegenvallende begrotingscijfers onder impuls van hogere uitgaven als reden worden gebruikt om de noodzakelijke hervorming maar niet te moeten doorvoeren. Maar we hebben wel nood aan een discussie die gebaseerd is op feiten en een duidelijk maatschappelijk doel voor ogen heeft, namelijk bedrijven hier houden. Rutte, May en andere Trumps gaan zich de kaas niet van het brood laten eten. Hoeveel bewijzen wil men hier dan eigenlijk nog om tot actie over te gaan en de hervorming van de vennootschapsbelasting eindelijk door te voeren?