Voor mensen die op weekavonden, in het weekend of op feestdagen een huisarts nodig hebben, zijn er in Brussel vijf wachtposten en één rijdende wachtdienst voor patiënten die het huis niet meer uit kunnen. Tien à twaalf procent van het totaal aantal aanmeldingen komt van Nederlandstalige patiënten. Die merken nog steeds dat er soms uitsluitend Franstalige artsen beschikbaar zijn. “Nochtans zouden alle wachtposten wettelijk gezien tweetalige dienstverlening moeten kunnen bieden”, stelt Verstraeten.

Vandaag zijn er 147 artsen met een tweetaligheidsattest, waarvan 55 bij de Franstalige en 92 bij de Nederlandstalige huisartsenkring zijn aangesloten. In vergelijking met hun Franstalige collega’s nemen bijna dubbel zo veel Nederlandstalige artsen deel aan de wacht. Tegelijkertijd zijn er 143 Franstalige (tegenover 7 Nederlandstalige) artsen die beweren tweetalig te zijn maar zich niet laten certificeren. “We weten al lang dat de tweetaligheid vooral door de Nederlandstalige artsen gegarandeerd wordt. Dat op zich is problematisch, want Franstalige collega’s schuiven zo het werk af op de Nederlandstalige collega’s die wel de moeite doen om hun tweetaligheidsattest te behalen.”

Met in totaal 297 beschikbare tweetalige artsen (147 met en 150 zonder attest) moet een continue tweetalige dienstverlening in de wachtdiensten mogelijk zijn. Dat is echter niet het geval. Verstraeten stelt hiervoor de Brusselse regering in gebreke: “Een gebrek aan tweetalige dienstverlening in de wachtdiensten een oud zeer in Brussel dat te lang als een fait divers is beschouwd. Er worden initiatieven genomen, zoals een tweetaligheidspremie en de mogelijkheid om taallessen te volgen, maar daarmee is de tweetaligheid in de wachtdiensten duidelijk niet verzekerd. Dat is een publiek geheim, dat minister Maron echter nog steeds ontkent gezien er volgens hem geen klachten binnenkomen. Ik roep hem en in het bijzonder Nederlandstalig Gezondheidsminister Van den Brandt op hiervan een prioriteit maken, want dit status quo leidt tot levensgevaarlijke situaties. De Nederlandstalige Brusselse patiënten, die het vaak moeilijk hebben om een huisarts te vinden, hebben hun rechten en die moeten gerespecteerd worden.”