De Vlaamse Regering riep deze coronaleningen in het leven voor kmo’s en zelfstandigen die niet in aanmerking komen voor een overbruggingskrediet. Concreet laat deze maatregel toe dat kmo’s en zelfstandigen coronaleningen van minder dan 150.000 euro aan kunnen gaan aan een interest van 2 in plaats van 3 procent. Daarvoor sloot minister Hilde Crevits (CD&V) een overeenkomst af met de investeringsmaatschappij PMV. Voor de aanvragen van leningen boven de 150.000 euro kan men in aanmerking komen voor een garantie vanuit het Europees Garantie Fonds (EGF).

Sinds 1 januari 2020 werd voor een totaalbedrag van 19,2 miljoen euro aan coronaleningen goedgekeurd. Van de 491 aanvragen voor een lening van 150.000 euro of minder, werden 150 aanvragen goedgekeurd, goed voor een bedrag van 10,1 miljoen euro. Er werden ook 100 aanvragen gedaan voor bedragen boven 150.000 euro. Daarvan werden 26 dossiers goedgekeurd, voor een totaalbedrag van 9,1 miljoen euro. Het maximale kredietbedrag bedraagt 1,14 miljoen euro.

“Dit was een nuttige maatregel om onze ondernemingen een duwtje in de rug te geven om de coronastorm te doorstaan. Toch moeten we ook bekijken hoe het precies komt dat slechts 30 procent van de aanvragen werd goedgekeurd”, aldus Gryffroy.

Er zijn geen intenties om de maatregel te verlengen. “De coronalening wordt niet verlengd, maar dat betekent niet dat onze ondernemingen in de kou blijven staan. Het Vlaams beschermingsmechanisme wordt verlengd tot eind maart 2022 en met de nieuwe Overbruggingslening kunnen ondernemers nieuwe voorraden aankopen of de handelshuur betalen. Wie door de coronacrisis nood heeft aan extra financiering kan ook een beroep doen op het Welvaartsfonds. Tot slot blijft PMV belangrijk voor een kapitaalparticipatie, een lening op lange termijn of een waarborg. Met al deze maatregelen geeft Vlaanderen financiële zuurstof aan onze ondernemingen”, besluit Gryffroy.