Beste Maaike Neuville, 

“Ik had donderdag het genoegen om voor de eerste keer een zitting bij te wonen in het Vlaams Parlement”, schrijf je in je brief aan alle Vlaamse parlementsleden (DM 23/12). Het was ook voor ons een genoegen om je als bekende actrice te mogen ontwaren op de publiekstribune bij het begrotingsdebat in het Vlaams parlement.

Zeker ook mijn bewondering voor het publiek dat al aanwezig was van bij de eerste tussenkomst om 9 uur, de vertegenwoordigers hebben echter na 17 uur pittig debat gestemd over het budget voor 2020. Die stemming vond pas plaats rond halfvier in de vroege ochtend, toen was het al een dag later uiteraard.

En inderdaad, dat je met “open mond” stond te kijken, heb ik ook vastgesteld tijdens het debat. Er is daarbij een dikke twee uur gedebatteerd over cultuur – volle schijnwerper daarop. Eindelijk, zou ik zeggen.

De standpunten van de verschillende partijen kwamen al  uitgebreid aan bod in de diverse commissievergaderingen. Daar werd ook al een eerste keer indicatief gestemd, maar het is steeds de plenaire vergadering van alle volksvertegenwoordigers die het laatste woord heeft. Het gaat over een dikke 45 miljard euro, met een heleboel maatregelen die impact hebben op het leven van 6,5 miljoen Vlamingen.

Parlementsleden zijn zich goed bewust van de verantwoordelijkheid die ze dragen. En iedereen in het halfrond weet dat je daar over 5 jaar ook de verantwoording moet voor afleggen tegenover de Vlaamse kiezer.

Mensen uit de cultuursector zijn passioneel met hun vak bezig, politici evenzeer. Een volksvertegenwoordiger verbindt immers zijn of haar naam aan een beleid, de verdediging of de kritiek daarop hoort gepaard te gaan met vuur en passie. Wie dat vuur niet in zich draagt, blijft beter weg uit politiek.

Ik verzet me wel met klem tegen het beeld dat wordt opgehangen alsof volksvertegenwoordigers daar zomaar zitten en zouden spreken zonder kennis van zaken. Je hebt tijdens een legislatuur diverse hoorzittingen in de commissies, werkbezoeken, talloze overlegmomenten, je koppelt terug naar de basis en houdt rekening met hun bedenkingen. Ik heb de eer gehad opnieuw mee te mogen onderhandelen voor een aantal domeinen over een nieuw regeerakkoord. Wel, daar wordt soms over elk woord gedebatteerd omdat we ontzettend goed weten dat elke zin een impact heeft, maatschappelijk en budgettair.

Verder durf ik te vragen – in alle bescheidenheid – of je je de moeite getroost om op de site van het Vlaams Parlement de voorstellen van decreet na te lezen, de moties, de conceptnota’s van de door jou verfoeide volksvertegenwoordigers. Dan zal je merken dat er wetgevend werk is over partijgrenzen heen, dat er zelfs wordt samengewerkt tussen meerderheid en oppositie om maatschappelijke thema’s aan te pakken en te verbeteren. Je hebt het misschien gemist, maar zelf hebben we opgeroepen van op het spreekgestoelte om inzake cultuur het Kunstendecreet uit 2013 te wijzigen en daarvoor over partijgrenzen heen te werken, ook met de oppositie. Dat hebben we toen ook al gedaan.

We zien dat de parlementaire democratie onder vuur ligt, dat mensen onzeker worden en dan komt steevast de lokroep naar ‘sterke' leiders of de wens om andere systemen uit te proberen. Dat is niet nieuw, dat is in het verleden ook gebeurd. De afschaffing of het experimenteren rond een systeem dat parlementaire democratie vervangt, heeft geleid tot onnoemelijk veel leed, oorlog en onmenselijke handelingen.

Sommigen willen geen politieke partijen meer, maar beweren zelfs dat technocraten beter het land zouden leiden. Er zijn zelfs mensen die zo bang zijn om zelf verantwoordelijkheid te nemen dat ze het maar liever overlaten aan voortdurende referenda onder de bevolking, zo heeft niemand meer schuld aan een falend beleid.

Vlaanderen heeft democratische partijen die partijprogramma’s schrijven. Hun standpunten komen niet uit de lucht vallen, maar zijn op basis van teksten uit partijcongressen gestemd, gewijzigd of verworpen door de leden van diezelfde partij. Elke mandataris moet verantwoording afleggen aan zijn eigen partijbasis en kiezers, dat dient zo te blijven.

Nee, ons systeem is niet perfect, het kan danig op je zenuwen werken en is altijd voor verbetering vatbaar. Maar het is het beste wat er is, velen vergeten dat het nog steeds een parel van de democratie is die we altijd moeten verdedigen.

Jaren terug keek ik als jonge knaap met spanning naar de verkiezingsprogramma’s, naar de uitspraken, de roes van de zege en de bitterheid van de ontgoocheling bij de politici – naargelang het oordeel van de kiezer.

Wel Maaike, bij aanvang van het programma toen, vatte de journalist het volgens mij correct samen. Hij stelde dat we onze stem hadden uitgebracht en vertegenwoordigers hadden gekozen, dat is democratie. Hij riep op niet te vergeten dat dit een voorrecht is waar veel mensen, volken en landen in de wereld van verstoken blijven. De man heeft nog steeds overschot van gelijk.

Zalige kerst Maaike, 

Marius Meremans