De Vlaamse woningmarkt staat onder druk. Zeker op de huurmarkt (sociaal en privaat) is er dan ook extra aanbod nodig. De sociale huisvestingsmaatschappijen kunnen niet alleen voor dat extra aanbod zorgen. Matthias Diependaele: “Met dit plan zorgen we voor een uitbreiding van het aanbod in alle segmenten, ook voor de lagere middenklasse. Het is de enige manier om deze uitdaging structureel aan te pakken. De overheid kan en wil dit niet alleen oplossen. We schakelen daarom de private bouwsector volop in voor de realisatie van én sociale woningen én betaalbare huurwoningen.” 

Rentesubsidies met voorwaarden

Het plan voorziet ook in een nieuw financieringssysteem voor private ontwikkelaars die willen inzetten op de realisatie van betaalbare huurwoningen. “We geven de bouwpartner daarbij een financieel gunstige rentesubsidie, maar daartegenover leggen we belangrijke voorwaarden op vlak van betaalbaarheid. De woningen moeten worden aangeboden aan een significant lagere huurprijs, met een korting van 100 tot 200 euro per maand en maximale huurprijzen tot 900 euro (1.000 euro in de centrumsteden).”

De gemengde projecten moeten worden gerealiseerd op de volgende basis:

  • Enerzijds moet er minstens een derde ‘sociale huurwoningen’ gerealiseerd worden. Hiervoor kan de bouwheer een rentesubsidie krijgen tot -1 procent;
  • Anderzijds moet er minstens een derde ‘betaalbare huurwoningen’ gebouwd worden. Hiervoor ontvangt de bouwheer rentesubsidie tot 0 procent (renteloos);
  • Ten slotte kan maximaal een derde zonder voorwaarden gezet worden. Hier staat evenwel geen gunstige financiële regeling tegenover. 

Doelgroep voor betaalbare huurwoning

Voor de toewijzing van de betaalbare huurwoningen zal er gewerkt worden met de inkomensgrens van de doelgroep 2 uit de ‘MijnVerbouwPremie’. Deze inkomensgrenzen zijn significant hoger dan de inkomensgrenzen voor sociale huur, concreet bijna dubbel zo hoog. “Dat doen we bewust. Het is immers de bedoeling om de betaalbare huurwoningen ook toegankelijk te maken voor jonge starters, jonge gezinnen met kinderen, werkenden met een mediaaninkomen, enz. Hiermee bereiken we dan ook de juiste doelgroep”, besluit Matthias Diependaele.