Het was geen sinecure om Ayaan Hirsi Ali voor dit debat te strikken. De Nederlandse politica en activiste leeft al 20 jaar onder zware bescherming. Ze kwam zwaar onder vuur te liggen bij een deel van moslimgemeenschap omwille van haar uitgesproken mening over de radicale islam en de positie van de vrouw in de moslimgemeenschap. Ze moest na de moord op regisseur Theo Van Gogh zelfs vluchten uit Nederland, kreeg meerdere fatwa’s over zich en leeft ondertussen al jaren in de VS. 

Vechten voor onze waarden

In het druk bijgewoonde debat benadrukte Hirsi Ali de noodzaak om goed na te denken over onze waarden. “Willen we voor onze waarden vechten, ja zelfs sterven?”, stelt ze de pertinente vraag. “Voor vrijheid mag je nooit compromissen sluiten”, zegt Assita Kanko. Je moet blijven opkomen voor je vrijheid. Samen met Ayaan ijver ik voor een nieuw feminisme, waarbij we opkomen voor de universele rechten van de vrouw, die boven alle religieuze en fractionele dogma’s staan.”

Voorbeeld voor jonge vrouwen

Het debat werd gemodereerd door de Franse schrijver en essayist Pascal Bruckner, die in zijn recente publicaties stelling neemt tegen het ‘wokeïsme, het radicaal feminisme en de zonde van de ‘witte heteroseksuele man’. Hij sprak na het debat zijn bewondering uit voor beide dames: “Ze zijn nooit geplooid voor de druk en zijn een echt voorbeeld voor generaties jonge vrouwen.”

Ook Kamerlid Theo Francken leidde het debat in goede banen. Hij sprak over “twee uitzonderlijke vrouwen die vechten voor hun mening. Ze moeten de weg blijven banen, ondanks alle kritiek.”

Democratisch ongeduld

Assita Kanko blikt tevreden terug op de debatnamiddag, ondanks het vele werk dat ze moest verzetten om Ayaan Hirsi Ali in het Europese Parlement te krijgen. “Ayaan en ik begrijpen elkaar op een unieke manier. We hebben hetzelfde meegemaakt, van genitale verminking, onderdrukking en het gevecht om onze mening te uiten. Ik heb hier alvast een nieuw begrip geleerd: ‘democratisch ongeduld’. We moeten ongeduldig blijven en blijven vechten voor onze waarden.”