De afgelopen jaren bleek dat het kader rond en de handhaving van de erkenningscriteria van de lokale geloofsgemeenschappen niet meer adequaat was. Zo zag toenmalig minister Homans zich genoodzaakt de erkenning van de moskee van Beringen in te trekken. De vaststelling dat sommige gemeenschappen het niet al te nauw namen met de westerse waarden en normen heeft er nu toe geleid om de criteria aan te scherpen en de handhaving te optimaliseren.
Verbod op buitenlandse financiering
“Vandaag zetten we een belangrijke stap naar het doen naleven van de erkenningscriteria door de lokale geloofsgemeenschappen”, verduidelijkt Sminate. “De basiselementen van dit akkoord zijn het verbod op buitenlandse financiering, die afbreuk doet aan de onafhankelijkheid, en de plicht tot verhoogde financiële transparantie.”
Vandaag staan geloofsgemeenschappen al te vaak onder toezicht van het Midden-Oosten staan. “Als we willen dat geloofsgemeenschappen ingebed geraken in onze lokale gemeenschap is rechtstreekse of onrechtstreekse financiering uit het buitenland uit den boze.”
Informatie- en screeningsdienst zal controleren
Om dat principe te handhaven is er natuurlijk een instantie nodig die dat terdege controleert. Daartoe wordt een informatie-en screeningdienst opgericht. Die moet nagaan of de lokale geloofsgemeenschappen voldoen aan de erkenningscriteria, zowel tijdens de wachtperiode als na de erkenning. Deze dienst krijgt hiervoor verregaande toezichtsrechten.
Wachtperiode van vier jaar
Geloofsgemeenschappen die een nieuwe aanvraag tot erkenning indienen, zullen tijdens een wachtperiode van vier jaar moeten bewijzen dat ze aan alle voorwaarden voldoen. Ook reeds erkende geloofsgemeenschappen zullen onderworpen worden aan de verscherpte controles en moeten binnen het jaar bewijzen dat ook zij conform de regels werken.
Inbedding in Vlaamse normen en waarden
“Dit nieuwe decreet zal ons in staat stellen om beter te controleren wat er reilt en zeilt in de lokale geloofsgemeenschappen. De nieuwe regels moeten ervoor zorgen dat onze erkende geloofsgemeenschappen geestelijk en financieel onafhankelijk werken in onze lokale samenleving. Enkel door lokale inbedding op basis van onze Vlaamse normen en waarden zal erkenning daardoor nog mogelijk zijn”, besluit Sminate.