De pandemiewet moet ten laatste 15 dagen nadat hij is afgekondigd worden bekrachtigd in het federaal parlement. De deadline is woensdag. Maar die deadline is nu onzeker doordat de N-VA en de overige oppositiepartijen een tweede lezing vraagt van de pandemiewet.

Pandemiewet vraagt dat het parlement zichzelf buitenspel zet

De paars-groene regering spreekt van een vertragingsmanoeuvre, maar N-VA-fractievoorzitter De Roover wuift op Radio 1 dat verwijt weg. “Met de pandemiewet vraagt de regering aan het parlement om zichzelf buitenspel te zetten en zich niet te bemoeien met de soms toch wel ingrijpende maatregelen. Daarmee zijn wij het nooit eens geweest. Wij zijn vragende partij dat de maatregelen voor het parlement zouden komen, niet wij een volmacht zouden geven aan de regering om die buiten het parlement te kunnen nemen.”

Knoeiwerk van de paars-groene regering

Ook de andere kritiek als zouden de coronamaatregelen op losse schroeven komen te staan door de vraag naar een tweede lezing, kaatste Peter De Roover terug naar de federale regering. “Dat is het gevolg van het knoeiwerk van de regering en van de logica van haar stomme pandemiewet. En daar zijn wij niet verantwoordelijk voor. Als de regering nu eens eindelijk het parlement respecteert, en ze kan dat nog deze week doen, ik suggereer eigenlijk dat ze haar voorstellen, in plaats van in een volmachtenwet gewoon neerschrijft in een wetsontwerp en deze week nog neerlegt en dan kunnen wij dat deze week nog behandelen op een fatsoenlijke parlementaire manier.”

Tweede lezing: Kamerreglement is loepzuiver

Dinsdagochtend was het overigens nog niet zeker dat het verzoek om tweede lezing zou worden goedgekeurd. “Ik denk dat de reglementen loepzuiver zijn. Ik mag hopen dat men niet zo ver gaat dat men niet alleen het parlement buitenspel zet, maar ook nog eens de reglementen naar de hand zal zetten. Het recht van een tweede lezing is gewoon voorzien.”

Federale regering ziet parlement als tegenstander

Volgens Peter De Roover is de oplossing om uit de impasse te geraken eenvoudig. “De zaak kan heel makkelijk worden opgelost: de regering moet met de maatregelen naar het parlement komen. Ik begrijp niet waarom de regering angst heeft voor het parlement. Zij ziet het parlement schijnbaar als tegenstander. Terwijl wij in de behandeling van die maatregelen even goed bondgenoot kunnen zijn.”