“In het verleden waren er geen problemen met de inventarissen van de griffies”, stelt Degroote vast, “en nu plots wel? De minister gelooft blindelings wat de proefbank stelt. Die instelling zou beter zelf aantonen dat zij haar werk correct uitvoert.” De staking van de proefbank heeft misschien wel iets te maken met het feit dat haar directeur onlangs een maand in de cel verbleef op verdenking van wapenfraude, maar ook dat is onduidelijk.

“In tijden van terreurdreiging kunnen we in elk geval niet voorzichtig genoeg zijn”, waarschuwt Degroote. Daarom drong hij bij de minister nogmaals aan op een controle door justitie op de wapens die ter vernietiging worden aangeboden: “We moeten tot elke prijs vermijden dat dergelijke wapens achteraf terug opduiken.”

Wetgeving herzien

Al die feiten kaderen in een grotere problematiek. Zo is het hoog tijd dat de archaïsche wetgeving over de proefbank, die al dateert van 1888, wordt aangepast, zodat er eindelijk transparantie komt. “De proefbank moet zelfs geen boekhouding indienen. De regering werkt al jaren aan een wetsontwerp, maar tot op heden zien we geen resultaat. Orde op zaken stellen zal nochtans meer dan nodig zijn, als ze in Luik een nieuwe Publifin-affaire willen vermijden. Ik zal dan ook binnenkort een wetsvoorstel indienen, om met die hopeloos verouderde en zelfs potentieel gevaarlijke toestand komaf te maken”, besluit het Kamerlid.