Acht hoogbeveiligde vluchten, telkens duizend goudstaven, samen 100 ton voor een waarde van € 4,3 miljard. Polen beslist om zijn goudvoorraad terug te halen uit Londen. Omdat goud nog steeds dé basis is van het internationaal financiële systeem. En hét symbool is van economische welvaart. Wanneer zal België dit voorbeeld volgen?

Eigen haard is goud waard

Westerse landen vonden hun goudvoorraden jarenlang oninteressant, zelfs ouderwets. Die tijd is voorbij. Duitsland, Oostenrijk, Nederland en nu ook Polen. Allen beslisten ze om hun goud terug meer naar huis te halen, en niet langer in het buitenland te stockeren.

Niet zo voor België. Het grootste gedeelte van onze goudvoorraad wordt bewaard in de Bank of England in Londen. Een kleinere hoeveelheid bij de Bank of Canada en bij de Bank voor Internationale Betalingen. Onze eigen Nationale Bank bergt slechts een beperkte voorraad op.

De kostprijs voor die buitenlandse opslag? Zo’n € 250.000 per jaar. Daarvoor krijgen we een zekere bewaring in instellingen wiens goede reputatie en integriteit bewezen zijn. Met audits controleert de Nationale Bank onze goudvoorraden op regelmatige basis. In maart 2020 is opnieuw een on site controle op de voorraad gepland bij de Bank of England.

In antwoord op een parlementaire vraag vernam ik dat er geen concrete plannen zijn om het locatiebeleid van ons goud te herzien. Toch zou ook het Directiecomité van de Nationale Bank deze internationale tendens beter niet negeren en best zelf meer directe controle krijgen op de eigen stock. Want wat zal de Brexit brengen? Kunnen we in deze onzekere handelstijden blind blijven voor de financiële en symbolische waarde van goud, zeker nu onze economie precies op die internationale handel draait? Hoe moeten we de toenemende risico’s op de euro inschatten van de exploderende balans van de Europese Centrale Bank en haar onorthodox monetair beleid? En wat als de euro ooit in de problemen komt en een vertrouwenscrisis uitbreekt?

Gouden hart

Dat goud van goudwaarde is en het hart van elke economie, blijkt wanneer je de dollar bestudeert. Die is de laatste honderd jaar met meer dan 90 procent gedaald, terwijl de koopkracht van goud al eeuwen standhoudt. Sinds de goudstandaard in 1971 werd losgekoppeld, was de dollar weliswaar decennialang de kern van het internationaal financieel systeem. Vandaag staat de Amerikaanse munt onder druk, ook omdat de VSA hun munt meer en meer inzetten als politiek wapen in hun buitenlandse politiek. China en zelfs Europa trekken de macht van de dollar meer en meer in twijfel.

Goud is opnieuw gewild. Polen kocht in 2018 en 2019 zo’n 126 ton, ook de Chinezen en Russen bouwen nieuwe kluizen en slaan massaal goudstaven in. België heeft op vandaag 227,4 ton in bezit, goed voor 38,5% van de totale valutareserves. Onze buurlanden tonen heel wat sterkere ratio’s: Frankrijk (62,1% - 2.436 ton), Nederland (69,5% - 612 ton) en Duitsland (72,9% - 3.367 ton).

In 1965 bezat de Belgische Nationale Bank nog meer dan 1.300 ton. De goudvoorraad is op een halve eeuw dus met meer dan 80 procent gedaald. De Nationale Bank startte in 1989, kort na het aantreden van Fons Verplaetse als gouverneur van de NBB , met grote goudverkopen om de overheidsschuld gedeeltelijk af te bouwen en België in de euro te sluizen. Het zou alvast verstandig zijn om die goudvoorraad terug op te bouwen als verzekering tegen een mogelijk financieel en politiek onheil.