De uitvoering van het Vlaamse woonbeleid ligt bij verschillende Vlaamse woonactoren: het Agentschap Wonen-Vlaanderen, de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW) en het Vlaams Woningfonds (VWF). Tussen Wonen-Vlaanderen en het VMSW komt het nu tot een fusie, wat het Vlaamse woonbeleid efficiënter en effectiever zal maken. Hierdoor zal er nog meer kennisuitwisseling zijn tussen ons beleid op reguliere/private woningmarkt en op de sociale woningmarkt”, vertelt Matthias Diependaele.

Eén aanspreekpunt voor de burger

De dienstverlening aan de verschillende doelgroepen zal verbeteren. Zo kunnen burgers, lokale besturen, OCMW’s, de toekomstige woonmaatschappijen en armoedeorganisaties via één aanspreekpunt bij Wonen in Vlaanderen terecht voor financiering, premies en subsidies, projectondersteuning, handhaving, adviezen en ondersteuning. Er wordt ook gewerkt aan een verdere digitalisering van de dienstverlening.

Woonmaatschappijen

De oprichting van ‘Wonen in Vlaanderen’ is een belangrijke stap die samenloopt met de fusie van sociale huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) en sociale verhuurkantoren (SVK’s) tot ‘woonmaatschappijen’ die vanaf volgend jaar een feit zal zijn. “Zo willen we de wirwar aan sociale huisvestingsmaatschappijen en sociale verhuurkantoren een halt toe roepen”, klinkt het bij minister Diependaele. “Wie bijvoorbeeld een sociale woning zoekt in Gent, kan bij acht verschillende woonactoren terecht. Hier vindt een kat haar jongen niet terug. Daarom willen we ervoor zorgen dat nog maar één woonactor per gemeente actief is. Op het terrein betekent dat heel wat fusies tussen sociale woonactoren. Een efficiëntie-operatie die we dus ook op Vlaams niveau doorvoeren.”