In het voorjaar hield Kris Peeters de verkoop van Belfius tegen, met het argument dat Belfius pas verkocht kon worden wanneer Arco geregeld was. Alle sterren stonden toen nochtans uitgelijnd om van het Dexia Bank-debacle toch nog enigszins een break-evenoperatie te maken. De markt voor bankaandelen stond op een hoogtepunt, de interesten waren historisch laag en er was weinig onzekerheid op de financiële markten. En de markt zou echt niet wachten tot CD&V een voor Europa aanvaardbare manier vond om de Arco-coöperanten te vergoeden.

Beide beslissingen staan trouwens volledig los van elkaar. Het naar de beurs brengen van Belfius is een beslissing over de beste eigendomsstructuur voor een overheidsparticipatie, en het moment van verkoop zou moeten afhangen van de marktsituatie. De vergoeding van de Arco-coöperanten is een apart dossier. Er is een akkoord binnen de regering. Als CD&V een voor Europa aanvaardbare manier vindt om de Arco-coöperanten een deel van hun inleg terug te betalen, doen we dit.

De kans bestaat dat de piste die nu wordt bewandeld, waarbij nagenoeg de hele rekening wordt doorgeschoven naar de belastingbetaler, voor de Europese Commissie onaanvaardbaar blijft. Beweging.net heeft veel geld aan Dexia verdiend en zit op een spaarpotje van 460 miljoen. Hen een groter deel laten betalen dan de 30 miljoen die ze vandaag inbrengen wil CD&V absoluut vermijden. En dus zitten we vast in een onmogelijke situatie. Mocht de CD&V dan toch Europa kunnen overtuigen, dan zal N-VA het gemaakte akkoord honoreren. Er is dus geen reden om de verkoop tegen te houden.

Dexia-winst

Laat ons eerst even terugkijken naar het verleden. Het verhaal begon in 2008, toen Peeters’ partijgenoot Yves Leterme een eerste redding van de Dexia-holding op poten zette. Peeters engageerde Vlaanderen toen rechtstreeks voor 500 miljoen. En door de 500 miljoen investering van de Gemeentelijke Holding, die door CD&V werd gepusht, diende Vlaanderen een paar maand later bij diens vereffening nog eens 265 miljoen op tafel te leggen. Hier bovenop kende Leterme een staatsgarantie van 90 miljard toe aan een Franse casinobank. Dit om de 57 miljard euro Belgische spaardeposito’s veilig te stellen. Dit betekent dat de Belgische belastingbetaler nog jarenlang de verliezen van Dexia zal moeten bijpassen. Vervolgens kocht Leterme in oktober 2011 Dexia Bank voor 4 miljard, wat volgens Europa 1 à 2 miljard meer was dan de toenmalige waarde.

Terug naar dit voorjaar. Toen werd de waarde van Belfius op 6 à 8 miljard geschat. Vandaag is die schatting gezakt naar 5 à 7 miljard. Bij een eventuele verkoop zal je CD&V’ers alvast in koor horen verklaren dat we een mooie winst hebben gemaakt op onze belegging in Dexia. Maar klopt dat wel? Men zou de ‘winst’ kunnen ramen op 2 miljard: 6 miljard gemiddelde opbrengst min 4 miljard aankoopprijs. Een minder risicovolle belegging over dezelfde periode in de Bel20-index had de helft meer opgebracht, een belegging in de Dow Jones maar liefst drie keer zo veel.

Belegger

Daarenboven staat Peeters er op dat de staat moet opdraaien voor het overgrote deel van de 600 miljoen die aan de Arco-coöperanten werd beloofd, en dat dit dient te gebeuren via een constructie die het kapitaal van Belfius bezwaart. Dit heeft gevolgen voor de prijs die een belegger voor het Belfius-aandeel wil betalen. Niet alleen door de 600 miljoen die rechtstreeks uit het vermogen zou getrokken worden, wat de waarde al geen deugd doet. Hoe kan een belegger er daarnaast zeker van zijn dat de overheid - als meerderheidsaandeelhouder - in de toekomst niet opnieuw geld uit Belfius zal wegsluizen om een andere stommiteit van een bevriende zuil te vergoeden? Door deze reputatieschade is de kostprijs van de Arco-deal dus groter dan de 600 miljoen die uit het eigen vermogen van Belfius wordt onttrokken.

De conclusie is dat Belfius een slechte belegging was, waarvoor veel te veel is betaald en waarvoor de kostprijs verder wordt opgedreven door de koppeling met de Arco-deal. En Peeters’ aandeel in het hele Dexia/Belfius-debacle loopt vandaag verder op, met de 1 miljard verlies door het uitstel van de verkoop. Dit na de 500 miljoen Vlaamse verliezen, de bijna 300 miljoen verliezen via de Gemeentelijke Holding, de kostprijs van de facto bijna 600 miljoen van de Arco-deal, en de niet te schatten miljoenen verliezen aan reputatieschade. Samen dus al snel meer dan 2 miljard.