Een eerste belangrijk pakket aan maatregelen gaat over verhoogde transparantie in de politiek. “Voordien moesten enkel burgemeesters of parlementsleden verantwoording afleggen over de combinatie van hun publieke functies of mandaten. Kabinetsmedewerkers of leden van de raden van bestuur van overheidsbedrijven niet. Dat zal nu veranderen”, aldus Vermeulen. “Daarnaast moeten álle publieke vergoedingen voortaan tot op de eurocent worden bekendgemaakt. Als die regels eerder hadden bestaan, zouden de schandalen van de afgelopen maanden sneller aan het licht zijn gekomen.”

Iedereen levert in

Het loon van de Kamervoorzitter wordt beperkt tot dat van de premier plus één symbolische euro. Concreet betekent dat een inlevering van meer dan 50.000 euro per jaar. “Over een periode van vijf jaar zal het loon van de Kamervoorzitter met 85.000 euro gedaald zijn, tot zo’n 245.000 euro bruto”, rekent Vermeulen voor. “Bovendien is er binnen de werkgroep een consensus dat de Kamervoorzitter geen bijkomende publieke of private mandaten opneemt.” Daarnaast heeft de werkgroep akkoorden bereikt over de vermindering van de vergoedingen voor politici bij afwezigheid in het parlement, alsook over het afschaffen van twee medewerkers voor gewezen ministers. “De vergoeding die politici krijgen, wordt niet alleen aangescherpt", vult Vermeulen aan. "Ze wordt ook onder de loep genomen door een onafhankelijk bureau. Zelf pleiten we voor een strikte aftopping van het loon, zodra je publieke mandaten combineert.” Tot slot is er ook een afspraak over een gedragscode voor lobbyisten.

Totale decumul is contraproductief

Over een decumul tussen het lokale uitvoerend mandaat en het mandaat van Kamerlid werd geen akkoord bereikt. “Hier lagen de standpunten te ver uiteen. Sommige partijen willen een totale decumul, andere zijn voorstander van een plafond vanaf een bepaald bedrag of percentage. Nog andere vinden het aan de politieke partijen zelf om dat te regelen”, somt Vermeulen op.  Zelf is hij van mening dat een algemene wettelijke bepaling contraproductief zou zijn. “De kernvraag is niet of iemand een bijkomend mandaat heeft, wel of die persoon voldoende beschikbaar is voor het parlement. Waarom zou een burgemeester niet in het parlement mogen zitten en een dokter, leerkracht of bedrijfsleider, die mogelijks veel minder beschikbaar is, wel?”

‘To do’: kleiner parlement, geen senaat

Enkele belangrijke punten die voor de N-VA een absolute voorwaarde zijn om de politiek te veranderen, zijn helaas niet goedgekeurd door de andere partijen. “Zo pleiten wij ervoor om het aantal parlementszetels met een derde te verminderen. Ook de senaat moet eindelijk worden afgeschaft. De middelen die naar dat orgaan zonder zeggingskracht gaan, kunnen veel beter elders gebruikt worden. Het lijdt geen twijfel dat wij op die nagels blijven kloppen”, besluit Vermeulen.