Een links, ideologisch pamflet zoals er wel meer opduiken in verkiezingstijden. Moet kunnen. Zo zou ik Thatcher aan de Schelde (voorgesteld in DS 23 april) het hoffelijkst kunnen omschrijven als ik de persoonlijke aanvallen buiten beschouwing laat. Iets wat ik, voor alle duidelijkheid, niet doe. Het is alleen handiger om de inhoudelijke kritiek en de slagen onder de gordel apart te behandelen.

Jan Vranken verwerpt het 'rechten en plichten'-verhaal zoals het Antwerpse stadsbestuur en de N-VA het zien. Een sociale tegenprestatie in ruil voor het ontvangen van een leefloon? Maatregelen die nieuwkomers verplichten om Nederlands te leren en werkbereidheid te tonen? Een sterk verhoogde werkloosheidsuitkering die evenwel beperkt is in de tijd? Vranken vindt zonder meer dat het onbespreekbaar is en afbreuk doet aan de welvaartsstaat.

Om dit betoog kracht bij te zetten, grijpt Vranken veelvuldig naar karikaturen, halve waarheden en onvolledige citaten. Beweren dat het OCMW mensen die in het bezit zijn van een wagen een leefloon zou weigeren tot ze die verkocht hebben, is niet alleen juridische nonsens. Het gaat ook lijnrecht in tegen de filosofie die we hanteren en die tot doel heeft om mensen (opnieuw) aan het werk te krijgen. Een wagen kan daarbij een belangrijke troef zijn. De combinatie van een zwaar afbetalingsplan voor een nieuwe wagen met de aanvraag voor een leefloon, is dan weer geen evidentie. Vranken laat beide redeneringen onterecht samenvallen.

Insinuaties

Soortgelijke insinuaties bouwt Vranken op rond huiseigenaars die een leefloon aanvragen. Het OCMW zou eerst eisen dat je je huis opleeft, voor je in aanmerking komt voor een leefloon. Ook die stelling klopt niet. Vandaag wordt - zoals wettelijk door de federale overheid bepaald - een woning hebben wel in rekening gebracht bij de bepaling van de hoogte van de uitkering. Het N-VA-programma wil ook daar komaf mee maken en het eigenaarschap volledig uit de berekening halen. Het doel is mensen motiveren, activeren en weer op weg helpen. Daarom werd ook het OCMW-budget in Antwerpen met 260 miljoen euro opgetrokken en pleiten we ervoor het leefloon te verhogen tot aan de Europese armoedegrens. Dat laatste was overigens een belofte van de regering-Di Rupo die ze niet is nagekomen. Als we de kans krijgen, maken wij die belofte wel waar. En ja, daar vragen we motivatie, kennis van het Nederlands en werkbereidheid voor in ruil. Allemaal eenvoudig controleerbare waarheden die Jan Vranken bewust negeert in zijn pamflet. Ze passen namelijk niet in zijn vooropgesteld doel om mezelf en de N-VA af te schilderen als mensen die eropuit zijn om 'armen te straffen'. Het soort stelling dat enkel nog in sprookjes geloofwaardigheid geniet.

Met alle respect voor de academicus Vranken, Thatcher aan de Schelde is eerder een opstel van een slecht geïnformeerd oppositielid dan van een wetenschapper. Dat Vranken op het achterplat van het boek prat gaat op zijn academische carrière, laat ik voor zijn rekening en die van de academische wereld.

Anders is het gesteld met de voortdurende referenties aan mijn persoonlijke leven en beweegredenen. Vranken stelt dat mijn financieel kwetsbare jeugd de basis vormt voor een asociaal beleid. Dat is beledigend en onjuist. Om dit te doen baseert hij zich niet op enige kennis van mijn leven, noch op een persoonlijk gesprek. Hij schildert 'een sociaal geval Homans' dat overeind is gebleven dankzij de welvaartsstaat die ze wenst te vernietigen. Als politica moet je stevig in je schoenen staan, maar in die zin ontbreekt het Thatcher aan de Schelde aan elementair fatsoen. Na onze eerste persoonlijke ontmoeting, deze week naar aanleiding van een debat in Terzake, verklaarde hij onomwonden dat hij mijn persoonlijk verhaal als 'opstapje' heeft gebruikt om zijn pamflet te schrijven. Voor iemand die zichzelf 'een gerenommeerde armoede-expert' noemt, getuigt dit van bijzonder weinig empathisch vermogen.