OESO legt pijnpunten bloot

Het rapport schetst een somber beeld van het huidige pensioenstelsel. De wettelijke pensioenen liggen hier amper hoger dan het OESO-gemiddelde en de impact van het aanvullend pensioen is beperkt. Maar liefst 84 procent van het inkomen van Belgische 65-plussers komt van de overheid. Alleen in Hongarije ligt dat cijfer hoger. We verlaten bovendien zeer vroeg de werkvloer en het voordeel van na je 65ste aan de slag blijven is in België het laagste van alle OESO-landen. “Doordat we minder lang werken dan in vergelijkbare landen, liggen onze pensioenen dus lager”, zegt Jan Spooren.

Regering bewandelt juiste weg

Precies om die redenen hervormt deze regering het pensioenstelsel stevig. Werken na je 65ste wordt interessanter, gelijkgestelde periodes worden verstrengd en de leeftijd waarop je vervroegd met pensioen kan gaan, stijgt in 2018 naar 63 jaar. “De oppositie nam die maatregelen zwaar onder vuur, maar het OESO-rapport toont aan hoe noodzakelijk ze zijn”, besluit Spooren. “En minder lang werken voor een lager pensioen of hogere belastingen op de werkenden, zijn voor de N-VA geen optie.”